Weer terug in de bergen
Gisterenavond nog laat met een paar reisgenoten buiten op het dakterras van het hotel gezeten. Het was een zwoele heldere nacht en bijna volle maan. We hebben gepraat, en sommigen hebben een glaasje van mijn Chacha gedronken. Mijn hotelkamer is niet groot en het raam heeft uit geen uitzicht, want het kijkt uit op een blinde muur van een smal binnenstraatje. Maakt niet uit, ik heb de airco uitgedaan en heb lekker alleen onder een laken met het raam open geslapen.
Na het verlaten van het hotel gaan we eerst met de bus naar het Gelati-Klooster. Het is een korte rit en we zijn er als de zon nog laag aan de hemel staat. Het complex wordt gerenoveerd en staat gedeeltelijk in de steigers.
Omdat het vroeg in de ochtend is, is het nog rustig. De kerk heeft een gewelf met fraaie fresco’s.
Vanuit een zijdeurtje komt een priester binnen die zichzelf besprenkelt met een kwast met heilig water. Daarna gaat hij half hardop uit een boekje prevelen.
Een onderdeel van het gebouwencomplex is een ruime zaal met een prachtig houten plafondconstructie.
We verlaten het klooster en de bus brengt ons verder naar het noorden, richting Becho en de bergen. Onderweg stoppen we in een zeer warme plaatsje voor de lunch. Ik zie daar een kleioven waarin de traditionele platte broden worden gebakken. In de praktijk zijn die er in twee varianten, naturel of met kaas. We krijgen beide varianten veelvuldig bij alle maaltijden voorgeschoteld.
Na de lunch weer verder met de bus. De rit door de droge ravijnen duurt zeker drie uur en uiteindelijk bereiken we het plaatsje Becho en ons gasthuis.
Vanuit het gasthuis hebben een mooi uitzicht op de top van de Usba berg (4700 m) verlicht door de ondergaande zon.
Voor de liefhebber hieronder nog meer foto’s van het landschap: