Zondag 12 juli 2020
We gaan weer verder waar we in juni 2019 zijn gebleven: Grüfflingen.
Deze keer naast het drietal mijzelf, Ma en Jo vergezeld van RJ en Ju. Alle namen zijn uiteraard gefingeerd en elke vergelijking met bestaande personen berust louter op toevalligheden. RJ en Ju zullen ons alleen de eerste drie etappes vergezellen. Na de rit door Nederland en een kopje koffie bij de McDonald net even voorbij Maastricht waar we ook RJ en Ju treffen, passeren we de grens met België. Vandaag de dag is niet alles hetzelfde. We beleven een heuse pandemie: Corona oftewel Covid-19. Dat betekent volgens de momenteel geldende regels in België (en Luxemburg) mondkapjes op in de auto wanneer je met meerdere mensen uit verschillende gezinnen in de auto zit. En nee, dat went niet…
Eerst met 2 auto’s naar de eindbestemming: Hotel Zur Alten Mühlen. Voordat we aan de wandeling beginnen lunchen we daar en stappen daarna met z’n vijven in 1 auto (krap en benauwd vanwege de mondkapjes) op weg naar het startpunt.
Het startpunt is op een parkeerplaats bij een bankkantoor aan de N62. We trekken onze wandelschoenen aan en Jo maakt een praatje met de buurman die in zijn tuin naast de parkeerplaats bezig is. De buurman is content met het wandelknooppunt vlak bij zijn woning, er komen regelmatig wandelaars langs. We lopen een paar honderd meter langs de N62 en slaan dan rechts een kleine asfalt weg in en verlaten het plaatsje Grüfflingen.
Zoals de afbeelding van mijn GPS-app hieronder laat zien, liggen de eerste 6 kilometers redelijk op hetzelfde niveau, daarna dalen we rustig af. Aan het eind van de tocht na 8 kilometer is er echter een steile klim met daarna wat minder steil dalen.
De asfaltweg loopt langs weilanden en stukken bos en op een gegeven moment verlaten we de weg en slaan via een breed pad het bos in.
Het terrein en het weer zijn vriendelijk. We lopen afwisselend door open veld en bos en hebben er zin in.
Nadat we een stuk door het bos hebben gelopen, bereiken we de bosrand en lopen een paar honderd meter op een stenen pad tussen het weiland naar een kruising. Bij de kruising staat een bank waar we even wat rusten en een snack eten.
We volgen een tussen de weilanden door lopende weg voor ongeveer 2 kilometer. Het is lekker warm en het landschap glooit licht.
Na 2 kilometer lopen we het plaatsje Burg-Reuland in. Er staat een restant van een kleine burcht.
We lopen langs de burcht via een redelijk steil pad naar beneden het dorp in. Ma wist dat er een terras zou kunnen zijn, waar we iets zouden kunnen drinken. Omdat de mannen, voorop lopend, te zeer geconcentreerd zijn op hun GPS-apparaten en foto kamera, lopen ze een andere richting op dan het mogelijke terras en worden door de dames teruggefloten. Het terras is de andere kant op om de hoek en blijkt open. In de schaduw van wat bomen drinken en rusten we even.
Na de korte onderbreking weer op pad. We hebben nog 3 kilometer te gaan en starten met een onverwacht steile klim van 78 meter omhoog over een lengte van 400 meter. Eenmaal boven even weer op adem komen voordat we weer verder gaan. Het is pas de eerste dag en we zijn nog aan het inlopen. Jo en ik hebben de minste moeite met de klim, Jo doet veel aan hardlopen en ik zwem 3 keer per week een kilometer. Dat geeft voldoende conditie voor een dergelijke klim.
Vanaf de top eerst een paar honderd meter door open terrein, voordat we via een stenen weg een naaldbos in lopen.
Het naaldbos maakt plaats voor loofbomen en de weg gaat langzaam naar beneden.
Het is hoogzomer en het Vingerhoedskruid (Digitalis Purpurea) is volop aanwezig.
Beneden bij de rivier komen we weer bij ons hotel na een geslaagde, niet al te lange, wandeling.
Het middagzonnetje schijnt op het terras en we bestellen heerlijk wat frisse drank.