zaterdag 10 september 2022
De wandeling van vandaag bedraagt ruimt twee en twintig kilometer en de weersverwachting is bedenkelijk, dat wil zeggen een grote kans op nattigheid.
Het eerste deel van de wandeling gaat over het asfalt van de straatweg.
Na vijfhonderd meter kruisen we een andere asfaltweg en gaat ons pad verder over een half verharde weg door open terrein. Zware wolkenpartijen om ons heen en af en toe druppelt het een beetje.
Gaandeweg gaat de onverharde weg over in een karrenspoor. Het weer blijft dreigen, maar nog steeds is het droog en niet echt koud.
We volgen dit pad ongeveer vier kilometer lang totdat we in een plaatsje aankomen.
Het plaatsje Rosières-en-Haye stelt niet veel voor. We pauzeren even en eten een hapje.
Na de korte pauze gaat het weer verder langs de bosrand en blootgesteld aan weer en wind van het open terrein.
Na ongeveer zeven kilometer loopt ons pad het bos is. Het is er vochtig en we vinden haast geen plek om even te zitten. Na negen kilometer lopen vinden we wat omgezaagde boomstammen om op te zitten en nog wat brood om te eten. Juist als we weer op pad gaan, begint het te regenen.
De regen is serieus genoeg voor Ju, RJ, M en Jo om hun regen poncho tevoorschijn te halen. Als kleurrijke Hobbits vervolgen wij onze tocht door het vochtige bos.
De regen is van korte duur en wanneer we na ruim tien kilometer weer het bos uit komen zijn ze reeds opgeborgen. We wandelen in de richting van Liverdun. Een plaatsje bekend om een oude Middeleeuwse binnenstad. Als we van bovenaf het plaatsje langs de weg binnenlopen, begint het hard te regenen en worden de poncho’s weer tevoorschijn gehaald.
Wellicht door de regen maakt het Middeleeuwse karakter van het plaatsje weinig indruk op ons. Er valt bitter weinig te beleven en het terras van Café de la Gare (bij het station dus) ziet er verlaten en troosteloos uit. RJ en ik blijven ietwat beteuterd naar het lege terras staren en gaan er onbewust al van uit dat het café gesloten is. Gelukkig probeert M gewoon even de deur en blijkt het toch open.
Blij om even weg te zijn van de nattigheid buiten, drinken we wat Coca Cola en Oranginá uit opvallend originele flessen en glazen.
Na het drankje eten we nog wat van ons brood onder een overkapping op het station. Daarna gaat het weer verder omhoog door het dorp.
Het is gelukkig weer droog geworden en na zeventien kilometer loopt het pad weer door een bosachtig gebied.
Na ongeveer negentien kilometer hebben we ons hoogste punt van vandaag op driehonderd zesenvijftig meter bereikt. Daarna is het nog drie kilometer steil dalen naar de rand van het plaatsje Pompey.
We eten die avond bij het Italiaanse restaurant waar Jo, M en ik al eerder hebben gegeten. Erg lekker. Vannacht en morgennacht slapen we in een ander hotel in hetzelfde plaatsje, omdat in de abdij voor deze nachten geen kamers meer vrij waren. Het is een hotel van de Enzo keten. Geen bijzondere omgeving en simpele kamers, maar de douche is wat mij betreft beter dan die in de abdij.