Maandag – 5 december 2016
Gebrekkig Engels en overbodige emmers.
Vanochtend is mijn was, die gisterenochtend had ingeleverd, maar net op tijd klaar. We vertrekken om 8:00 uur en rijden naar het haventje waar we op een boot naar ‘Île Sainte-Marie’ zullen stappen.
(klik op de foto om deze beter te kunnen zien)
Alhoewel we met bewolking vertrokken, wordt het onderweg steeds zonniger. Als we na 1 uur een plaspauze houden, is het weer heerlijk warm genieten in de berm. een warme berm plast veel lekkerder dan een koude natte.
(klik op de foto om deze beter te kunnen zien)
Na nog een uur rijden komen we aan in het haventje voor de overtocht naar het eiland. Het is een ietwat smerig plaatsje.
(klik op de foto om deze beter te kunnen zien)
We wachten, samen met andere opvarenden, in een schamel hutje totdat we aan boord mogen. Gelukkig duurt dat niet lang.
Een jongeman, 16 jaar oud naar eigen zeggen, en met een badge opgespeld, klampt mij in zeer gebrekkig Engels aan. Hij zit op school en probeert door met toeristen te praten zijn Engels te verbeteren. De communicatie gaat zeer moeizaam door zijn gebrekkige tongval. Als ik niet reageer op zijn verzoek om mijn telefoonnummer uit te wisselen en ook later niet geïnteresseerd blijk in zijn telefoonnummer, haakt hij al snel af. Geen idee wat nu exact de bedoeling was.
We stappen aan boort en vertrekken. Dat wil zeggen, net als we van de wal wegvaren springt er een lokaal persoon aan boord, een verstekeling? Als hij ter plekke zijn overtocht betaalt mag hij mee en gaan we echt op weg. Ik zit aan bakboordzijde van het gangpad. Alle andere groepsleden zitten aan stuurboordzijde. Aanvankelijk is er een druk gebaar van mijn medereizigers dat ik, slechts gedirigeerd door de plaatsaanwijzer ter plekke, aan bakboordzijde ga zitten. Volgens hen is dat gereserveerd voor de lokale bewoners. Caroline gebaart dat het goed is, dus ik blijf lekker zitten en bevind mij als snel tussen de lokale bevolking. In het gangpad worden meerdere emmers neergezet. Geen idee of ik die nodig zal hebben. De overtocht gaat anderhalf uur duren! Het eerste kwartier varen we over de riviermonding, niets aan de hand. Dan trotseren wij de branding en kiezen uiteindelijk het ruime sop. De boot deint inderdaad vervaarlijk op en neer. Ik hou mijn blik grotendeels op de horizon gefixeerd en heb nergens last van. Alleen een achtjarig jongetje op de bank voor mij heeft later een emmer nodig.
(klik op de foto om deze beter te kunnen zien)
Verder gaat de overtocht voorspoedig. Eenmaal in de haven aangekomen, worden we met taxi’s naar ons Hotel gebracht. Het ligt prachtig aan de kust. Ik lunch met spaghetti met extra veel tomatensaus en geniet de rest van de middag van de zon en het water.
We blijven hier drie nachten, dat mag van mij best 1 nachtje minder.